Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2018/848 inzake de biologische productie en de etikettering van biologische producten en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 834/2007
Artikel 30 Het gebruik van termen die verwijzen naar biologische productie
Geldend
Geldend vanaf 17-06-2018
- Redactionele toelichting
Gecorrigeerd via een rectificatie (PbEU 2021, L 7).
- Bronpublicatie:
30-05-2018, PbEU 2018, L 150 (uitgifte: 14-06-2018, regelingnummer: 2018/848)
- Inwerkingtreding
17-06-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
30-05-2018, PbEU 2018, L 150 (uitgifte: 14-06-2018, regelingnummer: 2018/848)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
Dierenrecht / Dierenwelzijn
1.
Voor de toepassing van deze verordening worden producten beschouwd als producten waarop termen met betrekking tot de biologische productie voorkomen wanneer die producten, de ingrediënten ervan of de bij de productie ervan gebruikte voedermiddelen in de etikettering, de reclame of de handelsdocumenten worden beschreven in termen die bij de koper de indruk wekken dat de producten, ingrediënten of voedermiddelen geproduceerd zijn overeenkomstig deze verordening. Met name de in bijlage IV vermelde termen en de afleidingen of verkleinwoorden daarvan, zoals ‘bio’ en ‘eco’, alleen of in combinatie, mogen in de hele Unie worden gebruikt, in elke in die bijlage vermelde taal, in de etikettering en de reclame voor in artikel 2, lid 1, bedoelde producten die voldoen aan deze verordening.
2.
Ten aanzien van de in artikel 2, lid 1, bedoelde producten worden de in lid 1 bedoelde termen nergens in de Unie gebruikt, in geen enkele in bijlage IV bedoelde taal, voor de etikettering van, de reclame of de handelsdocumenten betreffende een product dat niet voldoet aan deze verordening.
Voorts worden in de etikettering of reclame geen termen, waaronder termen in handelsmerken of firmanamen, of praktijken gebruikt die de consument of gebruiker kunnen misleiden door de indruk te wekken dat de betrokken producten of de ingrediënten ervan voldoen aan deze verordening.
3.
Gedurende de omschakelingsperiode geproduceerde producten mogen niet als biologische producten of als omschakelingsproducten worden geëtiketteerd of als zodanig in reclame worden gebruikt.
Plantaardig teeltmateriaal, levensmiddelen van plantaardige oorsprong en diervoerders van plantaardige oorsprong die tijdens de omschakelingsperiode zijn geproduceerd en die in overeenstemming zijn met artikel 10, lid 4, kunnen echter wel als omschakelingsproducten worden geëtiketteerd of in reclame worden gebruikt door middel van de term ‘omschakeling’ of een overeenkomstige term, samen met de termen bedoeld in lid 1.
4.
De in de leden 1 en 3 bedoelde termen worden niet gebruikt voor een product waarvoor overeenkomstig het Unierecht op het etiket of in reclame moet worden vermeld dat het product ggo's bevat, uit ggo's bestaat, of met ggo's is geproduceerd.
5.
Voor verwerkte levensmiddelen kunnen de in lid 1 bedoelde termen worden gebruikt:
- a)
in de verkoopbenaming, en in de ingrediëntenlijst, indien een dergelijke lijst op grond van Uniewetgeving verplicht is, mits:
- i)
de verwerkte levensmiddelen voldoen aan de productievoorschriften van bijlage II, deel IV, en aan de overeenkomstig artikel 16, lid 3, vastgestelde voorschriften;
- ii)
de ingrediënten van agrarische oorsprong voor ten minste 95 gewichtsprocent biologisch zijn, en
- iii)
in het geval van aroma's, zij alleen voor natuurlijke aromastoffen en natuurlijke aromatiserende preparaten worden gebruikt die geëtiketteerd zijn overeenkomstig artikel 16, leden 2, 3 en 4, van Verordening (EG) nr. 1334/2008, voor zover alle aromatiserende componenten en dragers van aromatiserende componenten in het betrokken aroma biologisch zijn;
- b)
alleen in de ingrediëntenlijst, mits:
- i)
minder dan 95 gewichtsprocent van de ingrediënten van agrarische oorsprong biologisch is en deze ingrediënten voldoen aan de productievoorschriften in deze verordening, en
- ii)
de verwerkte levensmiddelen voldoen aan de productievoorschriften in bijlage II, deel IV, punten 1.5, 2.1, onder a) en b), en 2.2.1, met uitzondering van de voorschriften inzake het beperkte gebruik van niet-biologische ingrediënten van agrarische oorsprong in bijlage II, deel IV, punt 2.2.1, en de overeenkomstig artikel 16, lid 3, vastgestelde voorschriften;
- c)
in de verkoopbenaming en in de ingrediëntenlijst, mits:
- i)
het hoofdingrediënt een product van jacht of visserij is;
- ii)
de in lid 1 bedoelde term in de verkoopbenaming duidelijk verband houdt met een ander ingrediënt dat biologisch is en verschillend is van het hoofdingrediënt;
- iii)
alle andere ingrediënten van agrarische oorsprong biologisch zijn, en
- iv)
de verwerkte levensmiddelen voldoen aan de productievoorschriften in bijlage II, deel IV, punten 1.5, 2.1, onder a) en b), en 2.2.1, met uitzondering van de voorschriften inzake het beperkte gebruik van niet-biologische ingrediënten van agrarische oorsprong in bijlage II, deel IV, punt 2.2.1, en aan de overeenkomstig artikel 16, lid 3, vastgestelde voorschriften.
In de in de eerste alinea, onder a), b) en c), bedoelde ingrediëntenlijst wordt aangegeven welke ingrediënten biologisch zijn. Verwijzingen naar biologische productie mogen alleen betrekking hebben op biologische ingrediënten.
In de in de eerste alinea, onder b) en c), bedoelde ingrediëntenlijsten wordt het totale percentage biologische ingrediënten ten opzichte van de totale hoeveelheid ingrediënten van agrarische oorsprong vermeld.
De in lid 1 bedoelde termen die worden gebruikt in de in de eerste alinea van dit lid, onder a), b) en c), bedoelde ingrediëntenlijst en het in de derde alinea van dit lid vermelde percentage, worden aangebracht in dezelfde kleur en lettergrootte en in hetzelfde lettertype als de andere aanduidingen in de ingrediëntenlijst.
6.
Voor verwerkt diervoeder mogen de in lid 1 bedoelde termen worden gebruikt in de verkoopbenaming en in de ingrediëntenlijst, mits:
- a)
het verwerkte diervoeder voldoet aan de productievoorschriften van bijlage II, delen II, III en V, en aan de overeenkomstig artikel 17, lid 3, vastgestelde specifieke voorschriften;
- b)
alle ingrediënten van agrarische oorsprong in het verwerkte diervoeder biologisch zijn, en
- c)
ten minste 95 % van de droge stof van het product biologisch is.
7.
De Commissie is bevoegd overeenkomstig artikel 54 gedelegeerde handelingen vast te stellen tot wijziging:
- a)
van dit artikel door toevoeging van nadere voorschriften inzake de etikettering van producten die zijn opgenomen in bijlage I, of tot wijziging van deze toegevoegde voorschriften, en
- b)
van de in bijlage IV opgenomen lijst van termen, rekening houdend met taalkundige ontwikkelingen in de lidstaten.
8.
De Commissie kan uitvoeringshandelingen vaststellen met gedetailleerde voorschriften voor de toepassing van lid 3 van dit artikel.
Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld overeenkomstig de in artikel 55, lid 2, bedoelde onderzoeksprocedure.