De kredietwaardigheidstoets bij kredietverlening aan consumenten
Einde inhoudsopgave
De kredietwaardigheidstoets bij kredietverlening aan consumenten (R&P nr. FR19) 2020/3.3.5.4:3.3.5.4 Stap 3: beslissing
De kredietwaardigheidstoets bij kredietverlening aan consumenten (R&P nr. FR19) 2020/3.3.5.4
3.3.5.4 Stap 3: beslissing
Documentgegevens:
Mr. dr. J.M. Meindertsma, datum 01-06-2020
- Datum
01-06-2020
- Auteur
Mr. dr. J.M. Meindertsma
- JCDI
JCDI:ADS209950:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Toon alle voetnoten
Voetnoten
Voetnoten
In voorkomend geval stelt de kredietgever de consument onverwijld in kennis van de afwijzing. Zie art. 18 lid 5 sub c van de richtlijn. Eventueel verwijst de kredietgever naar de informatie uit gegevensbestanden.
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Volgens art. 18 lid 5 sub a van de richtlijn mag de kredietgever het gevraagde krediet pas verstrekken als het resultaat van de kredietwaardigheidstoets positief is. De kredietgever moet de kredietaanvraag van een niet-kredietwaardige consument dus afwijzen.1