Gst. 2006, 14
14. ABRvS 26-10-05. Wettelijke geheimhoudingsplicht. Openbaarheid van bestuur. Belanghebbende. Extern rechtsgevolg. (Emmen)
ABRvS 26-10-2005, ECLI:NL:RVS:2005:AU5002
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
26 oktober 2005
- Magistraten
mrs. J.E.M. Polak, W. van den Brink en T.M.A. Claessens
- Zaaknummer
200501785/1
- LJN
AU5002
- JCDI
JCDI:ADS227253:1
- Vakgebied(en)
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2005:AU5002, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 26‑10‑2005
- Wetingang
Gem.w art. 25 lid 2; Wet Openbaarheid van Bestuur 1991 art. 10; Awb art. 8:29
Essentie
Wettelijke geheimhoudingsplicht, openbaarheid van bestuur, belanghebbende, extern rechtsgevolg. (Emmen)
Samenvatting
De Afdeling sluit niet uit dat er, behalve gemeenteraadsleden en anderen op wie de geheimhoudingsplicht is komen te rusten, personen zijn, die een zodanige betrokkenheid kunnen hebben bij de stukken ten aanzien waarvan geheimhouding is opgelegd, dat zij door het geheimhoudingsbesluit rechtstreeks in hun belangen worden geraakt. Daarvan is in deze zaak echter geen sprake: appellant onderscheidt zich onvoldoende van ieder ander. De omstandigheid dat hij voorzitter is van een in de raad vertegenwoordigde politieke partij maakt dit niet anders.
Partij(en)
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellant], ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.