AB 2004, 152
Geen ambtshalve toetsing aan het EG-recht.
ABRvS 02-03-2004, ECLI:NL:RVS:2004:AO6202, m.nt. R.J.G.M. Widdershoven
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
2 maart 2004
- Magistraten
Mrs. Loeb, Van Wagtendonk, Claessens
- Zaaknummer
200308607/1//ABPUB1
- Noot
R.J.G.M. Widdershoven
- LJN
AO6202
- JCDI
JCDI:ADS867134:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vreemdelingenrecht (V)
Bestuursprocesrecht / Beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2004:AO6202, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 02‑03‑2004
- Wetingang
EG-Verdrag art. 18 lid 1; EG-Verdrag art. 234; Awb art. 8:69; Vreemdelingenwet 2000 art. 50 lid 3; Vreemdelingenwet 2000 art. 59 lid 1 onder a; Vreemdelingenbesluit 2000 art. 5.2 lid 1; Vreemdelingenbesluit 2000 art. 421; Vreemdelingencirculaire 2000 par. A5/5.3.7.1
Essentie
Geen ambtshalve toetsing aan het EG-recht.
Samenvatting
Uit de stukken, waaronder het beroepschrift en het proces-verbaal van het verhandelde, blijkt niet dat de vreemdeling in beroep heeft aangevoerd dat de minister zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat hij geen rechtmatig verblijf heeft of dat de minister heeft miskend dat hij aan het gemeenschapsrecht verblijfsrecht in Nederland ontleent. Voorts gaat het daarbij niet om de toepassing van een voorschrift van openbare orde.
Zoals uit de jurisprudentie van het Hof van Justitie volgt, is het bij het ontbreken van een gemeenschapsregeling ter zake ambtshalve toepassing van art. 18 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.