BR 2003/8
ABRvS, 23-10-2002, nr. 200100860/2
ABRvS 23-10-2002, ECLI:NL:RVS:2002:AE9208
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
23 oktober 2002
- Zaaknummer
200100860/2
- LJN
AE9208
- Vakgebied(en)
Milieurecht / Milieueffectrapportage
Bouwrecht / Veiligheid en milieu
Waterrecht (V)
Milieurecht / Inrichtingen en activiteiten - algemene regels
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2002:AE9208, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 23‑10‑2002
Essentie
het is niet mogelijk om artikel 8.17 van de Wet milieubeheer in het licht van de bewoordingen en het doel van artikel 3, aanhef en vierde lid, van de Richtlijn 76/464/EEG richtlijnconform te interpreteren.
Uitspraak
Bij besluit van 8 januari 2001 heeft het Dagelijks Bestuur van het Hoogheemraadschap van West-Brabant (verweerder) krachtens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid ‘G.’, gevestigd te M. (appellante) onder intrekking van de bij besluit van 20 mei 1992 verleende vergunning, een tijdelijke vergunning verleend voor het lozen van afvalwater via de vuilwaterriolering van het Havenschap Moerdijk en de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.