Gst. 2003, 113
ABRvS, 31-07-2002, nr. 200200082/1
ABRvS 31-07-2002, ECLI:NL:RVS:2002:AE5950, m.nt. L.J.J. Rogier
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
31 juli 2002
- Magistraten
mr. D.A.C. Slump
- Zaaknummer
200200082/1
- Noot
L.J.J. Rogier
- LJN
AE5950
- JCDI
JCDI:ADS882788:1
- Vakgebied(en)
Bestuursrecht algemeen (V)
Ruimtelijk bestuursrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2002:AE5950, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 31‑07‑2002
- Wetingang
Awb art. 5:32 lid 1
Essentie
Last onder dwangsom. Bewoning van berging in strijd met bestemmingsregeling. Begrip ‘overtreder’. Geen gerechtvaardigd vertrouwen. (Reusel-De Mierden)
Samenvatting
Anders dan door burgemeester en wethouders is betoogd hebben appellanten belang bij de onderhavige procedure, nu de bewoning van de berging slechts is beëindigd ter voorkoming van de verbeurte van dwangsommen en appellant ter zitting dan ook te kennen heeft gegeven dat hij, indien het hoger beroep zou slagen, de bewoning van de berging weer zal hervatten.(…)
Het betoog van appellanten dat (appellante) niet als overtreder kan worden aangemerkt, treft doel. Appellanten zijn in gemeenschap van goederen gehuwd en ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.