M en R 2000, 105
Rechtstreekse werking habitatrichtlijn art. 6, lid 2
ABRvS 31-03-2000, ECLI:NL:RVS:2000:AB1152, m.nt. J.H. Jans (plan Buitengebied Texel)
- Instantie
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
- Datum
31 maart 2000
- Magistraten
Dolman, Hoekstra, Vis
- Zaaknummer
E01970178
- Noot
J.H. Jans
- LJN
ZF4257
- Roepnaam
plan Buitengebied Texel
- JCDI
JCDI:ADS880158:1
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Algemeen
Milieurecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RVS:2000:AB1152, Uitspraak, Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, 31‑03‑2000
- Wetingang
Essentie
Rechtstreekse werking habitatrichtlijn art. 6, lid 2
Samenvatting
De in artikel 6, tweede lid, van de Habitatrichtlijn opgenomen verplichting om ervoor te zorgen dat de kwaliteit van de natuurlijke habitats en de habitats van soorten niet verslechtert en er geen storende factoren optreden, voorzover die factoren gelet op de doelstellingen van de Habitatrichtlijn een significant effect zouden kunnen hebben, is in ieder geval wat betreft de grenzen van de aan de Staat gelaten beoordelingsvrijheid onvoorwaardelijk en voldoende nauwkeurig, zodat voor de nationale rechter hierop een beroep kan worden gedaan.
Partij(en)
M. Hoogenbosch en vele anderen
tegen
Gedeputeerde Staten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.