RSV 1999, 248
Rb. Breda, 26-05-1999, nr. 98/1857ALGEMJA
Rb. Breda 26-05-1999, ECLI:NL:RBBRE:1999:AA4448
- Instantie
Rechtbank Breda
- Datum
26 mei 1999
- Magistraten
Janssen, Cooijmans, De Moor-Van Vugt
- Zaaknummer
98/1857ALGEMJA
- LJN
AA4448
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Sociale zekerheid algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBBRE:1999:AA4448, Uitspraak, Rechtbank Breda, 26‑05‑1999
- Wetingang
ZW (tekst sedert 1 juli 1967) art. 3
Essentie
Nietige arbeidsovereenkomst voor verkoper van softdrugs
Samenvatting
Betrokkene werkt krachtens een schriftelijke overeenkomst vanaf 1 februari 1997 op oproepbasis als ‘verkoper/toezichthouder/koerier/snijder van uitsluitend cannabis’ tegen een vaste vergoeding van ƒ 3100 per maand. Aan de werkgever is meegedeeld dat betrokkene verplicht verzekerd is en hij sv-premies dient te betalen. Naar het oordeel van het Lisv is geen sprake van strijd met de openbare orde, nu in de richtlijnen van het Openbaar Ministerie gedoogbeleid is geformuleerd, waaronder de betreffende werkzaamheden vallen. De rechtbank is van oordeel dat, nu de betreffende werkzaamheden onder de strafbaarstellingen van de Opiumwet vallen, deze strafbaarstellingen geen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.