Einde inhoudsopgave
Regeling groenprojecten buitenland 2002
Artikel 8 [Verplichtingen groenfonds]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2019
- Bronpublicatie:
31-12-2018, Stcrt. 2018, 72059 (uitgifte: 31-12-2018, regelingnummer: IZV 2018-0000208765)
- Inwerkingtreding
01-01-2019
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-12-2018, Stcrt. 2018, 72059 (uitgifte: 31-12-2018, regelingnummer: IZV 2018-0000208765)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting (V)
Loonbelasting (V)
Een verklaring kan slechts worden afgegeven indien de kredietinstelling en de beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 6, eerste lid, onderdeel a onderscheidenlijk onderdeel b, bij de indiening van een aanvraag verklaart dat zij indien door haar wordt overgegaan tot kapitaalverschaffing:
- a.
bij de uitvoering der regeling jegens de door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat aangewezen personen de verplichtingen in acht neemt die in Hoofdstuk VIII, afdeling 2, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen zijn genoemd ten opzichte van de inspecteur;
- b.
bij wijziging van de uitvoering van het project waarvoor een verklaring is afgegeven daarvan onverwijld melding doet aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat;
- c.
erop toeziet dat de vermogenstoestand van het project door de projectbeheerder afzonderlijk wordt geadministreerd op een zodanige wijze dat te allen tijde uit boeken en andere bescheiden de voor de belastingheffing van belang zijnde gegevens duidelijk blijken;
- d.
hij instemt met de toepassing van de bepalingen van artikel 9 bij de aldaar genoemde omstandigheden.