V-N 2021/4.1.2
Rente op lening van Luxemburgse moeder niet aftrekbaar. Lopende procedure HR
Hof Den Haag 21-10-2020, ECLI:NL:GHDHA:2020:2019
- Instantie
Hof Den Haag
- Datum
21 oktober 2020
- Zaaknummer
BK-19/00124
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHDHA:2020:2019, Uitspraak, Hof Den Haag, 21‑10‑2020
- Wetingang
art. 10a Wet VPB 1969
Essentie
Hof Den Haag oordeelt dat art. 10a Wet VPB 1969 in de weg staat aan de renteaftrek. Er bestaat uiteindelijk onvoldoende parallellie tussen de aandeelhouderslening en de PEC’s, zodat de aandeelhouderslening in feite niet is verschuldigd aan een derde
Samenvatting
Het Luxemburgse H Sarl houdt de aandelen in X bv. X bv en haar dochter- en kleindochtervennootschap zijn opgericht in verband met de overname van een Nederlandse retailketen (Y bv) en vormen een fiscale eenheid. In 2011 koopt de kleindochtervennootschap van X bv de aandelen Y bv voor € 248 mln. Deze aankoop is onder andere gefinancierd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.