NJ 2010/674
Kampvuur in Castricum: schuld cfm. art. 308 Sr
HR 29-06-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL5630, m.nt. P.A.M. Mevis (Kampvuur Castricum)
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
29 juni 2010
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, J.W. Ilsink, W.M.E. Thomassen, H.A.G. Splinter-van Kan, E.N. Punt
- Zaaknummer
S 08/03817
- Conclusie
A-G Knigge
- Noot
P.A.M. Mevis
- LJN
BL5630
- Roepnaam
Kampvuur Castricum
- JCDI
JCDI:ADS96449:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL5630, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 29‑06‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL5630, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑02‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑09‑2008
- Wetingang
Essentie
Kampvuur in Castricum (art. 308 Sr). Onder schuld als delictsbestanddeel wordt een min of meer grove of aanmerkelijke schuld verstaan. Of sprake is van dergelijke schuld in de zin van art. 308 Sr wordt bepaald door de manier waarop die schuld in de tenlastelegging nader is geconcretiseerd, en is voorts afhankelijk van het geheel van de gedragingen van de verdachte, de aard en de ernst daarvan en de overige omstandigheden van het geval. Het hof heeft geoordeeld dat de verdachte weliswaar onvoorzichtig heeft gehandeld, doch niet dat hij — in aanmerking genomen dat niet gezegd ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.