Einde inhoudsopgave
Reglement op de Tuchtrechtspraak van de Stichting Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten
Artikel 9
Geldend
Geldend vanaf 14-02-2003
- Redactionele toelichting
Goedgekeurd door Landbouw, Natuurbeheer en Visserij bij de Regeling van 13-2-2003, nr. TRCJZ/2003/1037.
- Bronpublicatie:
08-11-2002, Stcrt. 2003, 31 (uitgifte: 13-02-2003, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
14-02-2003
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
08-11-2002, Stcrt. 2003, 31 (uitgifte: 13-02-2003, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Agrarisch recht (V)
Bestuursrecht algemeen / Bijzondere onderwerpen bestuursrecht
1.
Een zaak wordt door de voorzitter van de stichting zo snel mogelijk na constatering van de overtreding aanhangig gemaakt door middel van een schriftelijke verklaring, inhoudende:
- —
een korte omschrijving van de ten laste gelegde overtreding;
- —
en verklaring van relevante feiten;
- —
en naam en het adres van de betrokken aangeslotene of aangeslotenen.
2.
De schriftelijke verklaring kan vergezeld gaan van een voorstel van de voorzitter van de stichting met betrekking tot de op te leggen maatregel.
3.
Tezamen met de in het eerste lid bedoelde schriftelijke verklaring dienen alle op de zaak betrekking hebbende stukken aan het tuchtgerecht te worden overgelegd.
4.
Een zaak wordt niet aanhangig gemaakt dan ingevolge overleg met de Officier van Justitie.
Dit overleg wordt door of namens de voorzitter van het bestuur gevoerd.
5.
Afschriften van de schriftelijke verklaring en van alle op de zaak betrekking hebbende stukken worden gezonden aan de Officier van Justitie bij de rechtbank van het arrondissement waar de overtreding zou zijn gepleegd. Toezending aan de Officier van Justitie geschiedt niet, indien deze heeft laten weten dat daarvan kan worden afgezien.