NJ 2019/206
Afwijzing getuigenverzoek op de enkele grond dat de noodzaak niet is gebleken niet zonder meer begrijpelijk.
HR 17-04-2018, ECLI:NL:HR:2018:609, m.nt. T. Kooijmans
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
17 april 2018
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
16/03451
- Conclusie
A-G mr. D.J.C. Aben
- Noot
T. Kooijmans
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS54724:1
- Vakgebied(en)
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:609, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 17‑04‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:351, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑03‑2018
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑10‑2016
- Wetingang
Art. 6 lid 3 onder d EVRM; art. 315, 328, 331 Sv
Essentie
Afwijzing getuigenverzoek op de enkele grond dat de noodzaak niet is gebleken niet zonder meer begrijpelijk.
Samenvatting
Het op de zitting gedane verzoek van de verdediging strekte ertoe onder meer A en B als getuige te horen mede in het licht van de verklaring van de op die zitting gehoorde getuige C. Het hof heeft het verzoek tot het horen van A en B afgewezen op de enkele grond dat de noodzaak tot het horen van deze getuigen niet is gebleken. Mede in aanmerking genomen de inhoud van de verklaring van getuige C en voorts hetgeen door de verdediging ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.