RFR 2016/120
Familieprocesrecht. Mocht het hof afzien van een verdere mondelinge behandeling op grond van misbruik van procesrecht door de advocaat?
HR 24-06-2016, ECLI:NL:HR:2016:1290
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
24 juni 2016
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
15/03942
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS924441:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Familieprocesrecht
Burgerlijk procesrecht / Rechtspleging van onderscheiden aard
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:1290, Uitspraak, Hoge Raad, 24‑06‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:162, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑03‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑08‑2015
- Wetingang
Essentie
Familieprocesrecht.
Mocht het hof afzien van een verdere mondelinge behandeling op grond van misbruik van procesrecht door de advocaat?
Samenvatting
In 2013 heeft de vrouw de rechtbank onder andere verzocht om de echtscheiding uit te spreken en om een bijdrage in haar levensonderhoud vast te stellen. De man voerde geen verweer, waarop de rechtbank de verzoeken toewees. De man en de jongmeerderjarige zoon van partijen stelden beroep in tegen alle onderdelen, waaronder de echtscheiding. Tijdens de mondelinge behandeling bij het hof in april 2015 is de advocaat van de man en de zoon, mr. G ('G'), zonder zijn cliënten ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.