RvdW 2015/257
Kinderalimentatie. Vermindering kinderalimentatie; terugwerkende kracht; belang bij veroordeling tot terugbetaling te veel betaalde alimentatie; goede procesorde; art. 23 Rv. Ingangsdatum gewijzigde alimentatie; vereiste behoedzaamheid rechter; motiveringsplicht.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
6 februari 2015
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, G. Snijders, M.V. Polak
- Zaaknummer
14/02362
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Personen- en familierecht / Alimentatie
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:232, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑02‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2194, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 14‑07‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 05‑05‑2014
- Wetingang
Art. 23 Rv; art. 1:401, 1:402 BW
Essentie
Kinderalimentatie. Vermindering kinderalimentatie; terugwerkende kracht; belang bij veroordeling tot terugbetaling te veel betaalde alimentatie; goede procesorde; art. 23 Rv. Ingangsdatum gewijzigde alimentatie; vereiste behoedzaamheid rechter; motiveringsplicht.
Uitgangspunt is dat de beslissing van het hof om de door de man verschuldigde kinderalimentatie met ingang van 1 januari 2011 — dat wil zeggen: op een vóór de uitspraak van het hof gelegen datum — op lagere bedragen vast te stellen dan voorheen golden, ertoe leidt dat met terugwerkende kracht de rechtsgrond is ontvallen aan de door de man na 1 januari 2011 te veel betaalde kinderalimentatie, en dat ...