RvdW 2012/494
Devolutieve werking appel m.b.t. bewijslastverdeling in tussenvonnis; bewijsopdracht eindbeslissing?; uitzondering devolutieve werking i.g.v. tussentijds appel geïntimeerde tegen tussenvonnis.
HR 30-03-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU3160 (Ydo/Baljeu)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 maart 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem-Spapens, W.D.H. Asser, C.E. Drion, G. Snijders
- Zaaknummer
10/01807
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- LJN
BU3160
- Roepnaam
Ydo/Baljeu
- JCDI
JCDI:ADS73576:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BU3160, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑03‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BU3160, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑10‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑07‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑04‑2010
- Wetingang
Rv art. 347
Essentie
Devolutieve werking appel m.b.t. bewijslastverdeling in tussenvonnis; bewijsopdracht eindbeslissing?; uitzondering devolutieve werking i.g.v. tussentijds appel geïntimeerde tegen tussenvonnis.
Een bewijsopdracht is geen eindbeslissing, ook niet omtrent verdeling van de bewijslast. De rechter kan daar steeds van terugkomen, eventueel ook naar aanleiding van hetgeen bij de bewijslevering of het nader partijdebat naar voren komt. Er is sprake van een bindende eindbeslissing indien de rechter bij de opdracht uitdrukkelijk en zonder voorbehoud overweegt hoe over de zaak beslist zal worden ingeval het bewijs wel of niet geleverd wordt, behoudens ingeval hem bij latere uitspraak blijkt dat die beslissing berust op ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.