Einde inhoudsopgave
Besluit activiteiten leefomgeving
Artikel 8.20 (melding)
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
16-09-2020, Stb. 2020, 400 (uitgifte: 28-10-2020, kamerstukken/regelingnummer: -)
03-07-2018, Stb. 2018, 293 (uitgifte: 31-08-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
05-04-2023, Stb. 2023, 113 (uitgifte: 07-04-2023, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Vakgebied(en)
Omgevingsrecht / Algemeen
Omgevingsrecht / Omgevingswet
1.
Het is verboden een activiteit als bedoeld in artikel 8.19 te verrichten zonder dit ten minste vier weken en ten hoogste een jaar voor het begin ervan te melden.
2.
Een melding bevat:
- a.
voor het bouwen, aanleggen of plaatsen van een kabel of leiding:
- 1°
een beschrijving van de soort kabel of leiding;
- 2°
een beschrijving van de wijze van aanleg van de kabel of leiding;
- 3°
de kilometrering en de ligging van de kabel of leiding en van objecten die daarmee samenhangen in x-, y- en z-coördinaten;
- 4°
bij een leiding onder druk: een berekening van de erosiekrater;
- 5°
als een gestuurde boring of persing wordt gebruikt: een boorplan; en
- 6°
als wordt geboord bij de fundering van een viaduct: een beschrijving van de invloed van de boring op de fundering;
- b.
voor het in stand houden van een kabel of leiding:
- 1°
een beschrijving van de werkzaamheden aan de kabel of leiding; en
- 2°
de kilometrering en de ligging van de kabel of leiding en van objecten die daarmee samenhangen in x-, y- en z-coördinaten; en
- c.
voor het slopen of verwijderen van een kabel of leiding:
- 1°
een beschrijving van de wijze van verwijderen; en
- 2°
de kilometrering en de ligging van de kabel of leiding en van objecten die daarmee samenhangen in x-, y- en z-coördinaten.
3.
Ten minste vier weken voordat de activiteit op een andere manier wordt verricht dan overeenkomstig die gegevens, wordt een melding gedaan.
4.
Dit artikel is niet van toepassing op het bestendig en regulier gebruik van buiten de verharding van de weg gelegen gebouwen met een woonfunctie en de daarbij behorende erven, tenzij de kabel of leiding de kadastrale grens van het perceel kruist.