Einde inhoudsopgave
Regeling voertuigen
Artikel 5.3.26 [Stabilisatoren]
Geldend
Geldend vanaf 20-05-2018
- Bronpublicatie:
11-05-2017, Stcrt. 2017, 27126 (uitgifte: 12-05-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2017/117058)
- Inwerkingtreding
20-05-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2017, Stcrt. 2017, 27126 (uitgifte: 12-05-2017, regelingnummer: IENM/BSK-2017/117058)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Vervoersrecht / Bijzondere onderwerpen
Eisen | Wijze van Keuren | |
---|---|---|
1. | Stabilisatoren moeten deugdelijk zijn bevestigd en mogen geen breuken of scheuren vertonen. | Visuele controle, terwijl de bedrijfsauto zich boven een inspectieput of op een hefinrichting bevindt. |
2. | De waarschuwingsinrichting van het stabiliteitscontrolesysteem van bedrijfsauto’s in gebruik genomen na 31 december 2017, mag geen defect aangeven. | Visuele en auditieve controle. Wanneer na het starten van de motor een optisch of akoestisch waarschuwingssignaal wordt afgegeven dat het systeem niet goed functioneert, wordt ervan uitgegaan dat niet aan deze eis is voldaan. Indien het een bedrijfsauto met een toegestane maximummassa van niet meer dan 3.500 kg betreft, wordt in geval van twijfel een rijproef uitgevoerd. |