NJB 2013/451
In geval van een verdachte die minderjarig was ten tijde van het plegen van het strafbaar feit maar meerderjarig is ten tijde van de uitspraak, kan ingevolge art. 77aa lid 4 Sr slechts aan een reclasseringsinstelling als bedoeld in art. 14d lid 2 Sr – en dus niet aan Bureau Jeugdzorg – opdracht worden verleend toezicht te houden op de naleving van de bijzondere voorwaarde en de verdachte daarbij hulp en steun te verlenen
HR 05-02-2013, ECLI:NL:HR:2013:BZ0502
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
5 februari 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu en V. van den Brink
- Zaaknummer
11/02277
- LJN
BZ0502
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Tenuitvoerlegging
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Jeugdzorg
Penitentiair recht / Algemeen
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
Bijzonder strafrecht / Jeugdstrafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:BZ0502, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 05‑02‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:BZ0502, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 08‑01‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑05‑2012
- Wetingang
Essentie
In geval van een verdachte die minderjarig was ten tijde van het plegen van het strafbaar feit maar meerderjarig is ten tijde van de uitspraak, kan ingevolge art. 77aa lid 4 Sr slechts aan een reclasseringsinstelling als bedoeld in art. 14d lid 2 Sr – en dus niet aan Bureau Jeugdzorg – opdracht worden verleend toezicht te houden op de naleving van de bijzondere voorwaarde en de verdachte daarbij hulp en steun te verlenen
Uitspraak
Inleiding
Verdachte is veroordeeld wegens onder meer feitelijke aanranding van de eerbaarheid. Verdachte is geboren op 24 september 1992. Ten tijde van het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.