NJ 2014/363
Matigingsbevoegdheid ontnemingsbedrag geldt niet alleen bij beperkte draagkracht veroordeelde.
HR 08-04-2014, ECLI:NL:HR:2014:860, m.nt. M.J. Borgers
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 april 2014
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter-van Kan, Y. Buruma
- Zaaknummer
12/03748
- Conclusie
A-G mr. E.J. Hofstee
- Noot
M.J. Borgers
- JCDI
JCDI:ADS127883:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:860, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑04‑2014
ECLI:NL:PHR:2014:262, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑01‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑10‑2012
- Wetingang
Art. 36e Sr
Essentie
Profijtontneming. De bevoegdheid van de rechter om het te ontnemen bedrag lager vast te stellen dan het bedrag van het geschatte voordeel geldt niet alleen als sprake is van beperkte draagkracht van de veroordeelde.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 25 november 2011, nummer 22/006408-07, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van A.
Voorgaande uitspraak
Cassatiemiddel:
Schending van het recht en/of verzuim van vormen, waarvan de niet-inachtneming nietigheid medebrengt als bedoeld in artikel 79, eerste lid, van de Wet ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.