FED 2020/12
Wettelijke rente voor niet-handelstransacties over te laat betaalde immateriële schade, proceskosten en griffierechten.
HR 11-10-2019, ECLI:NL:HR:2019:1575, m.nt. M. Lambregts
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
11 oktober 2019
- Magistraten
Mrs. Koopman, Punt, Van Hilten
- Zaaknummer
18/04907
- Noot
M. Lambregts
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS179980:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Fiscaal procesrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Beroepsfase
Fiscaal procesrecht / Griffierecht
Fiscaal procesrecht / Proceskostenvergoeding
Fiscaal bestuursrecht / Bezwaarfase
Fiscaal bestuursrecht / Rente
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1575, Uitspraak, Hoge Raad, 11‑10‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑10‑2019
- Wetingang
Art. 8:73 Awb; art. 6:119, 6:119a lid 1, art. 6:120 lid 1 BW
Essentie
Wettelijke rente voor niet-handelstransacties over te laat betaalde immateriële schade, proceskosten en griffierechten.
Samenvatting
Naar aanleiding van de uitspraak in eerste aanleg over een naheffingsaanslag belasting personenauto’s en motorrijwielen heeft de inspecteur € 909 aan immateriële schade vergoed aan belanghebbende met € 3 rente wegens late uitbetaling. De Minister vergoedde € 91 aan immateriële schade maar zonder rente. In hoger beroep verlangt belanghebbende tevens vergoeding van rente over het griffierecht. Daarnaast betoogt belanghebbende dat door de inspecteur een rentepercentage van 8% gehanteerd dient te worden (dat geldt ingeval van een handelsovereenkomst) in plaats van 2% en dat de Minister ten onrechte ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.