FED 2018/93
Overgangsrecht bij wijziging navorderingsregeling successierecht in 1985 verliest zijn kracht door volgende aanpassing van de regeling in 1991
HR 23-02-2018, ECLI:NL:HR:2018:258, m.nt. dr. mr. C. Maas
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 februari 2018
- Magistraten
Mrs. Fierstra, Wortel, Beukers-van Dooren
- Zaaknummer
17/00649
17/00645
17/00646
- Conclusie
A-G IJzerman
- Noot
dr. mr. C. Maas
- JCDI
JCDI:ADS274107:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht (V)
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Algemene rechtsbeginselen en abbb
Schenk- en erfbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:256, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑02‑2018
ECLI:NL:HR:2018:257, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑02‑2018
ECLI:NL:HR:2018:258, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1460, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑12‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑02‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 13‑02‑2017
- Wetingang
Art. 66 lid 1 SW 1956; art. 5 WAB
Essentie
Overgangsrecht bij wijziging navorderingsregeling successierecht in 1985 verliest zijn kracht door volgende aanpassing van de regeling in 1991
Samenvatting
Belanghebbende heeft in 1981 een erfenis ontvangen. Een deel van het nagelaten vermogen, dat in het buitenland werd gehouden, is destijds niet opgenomen in de aangifte voor het recht van successie. Naar aanleiding van een inkeer legt de inspecteur in 2013 een navorderingsaanslag op ter zake van dat deel van de verkrijging. De bevoegdheid daartoe zou berusten op de vóór 1985 bestaande regeling van art. 66 lid 1 SW 1956, op grond waarvan navordering mogelijk was tot ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.