Belastingadvies 2022/3.2
Lening van vader is geen eigenwoningschuld
HR 19-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1719
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
19 november 2021
- Zaaknummer
20/03558
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS631937:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Eigen woning
Europees belastingrecht / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1719, Uitspraak, Hoge Raad, 19‑11‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad, 19‑11‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:730, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑07‑2021
- Wetingang
Art. 17b Uitvoeringsregeling IB 2001; art. 3.119a, 3.119g Wet IB 2001
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat het vanaf 2016 in de aangifte vermelden van de leninggegevens voorwaarde is om de lening tot de eigenwoningschuld te rekenen. Door dit niet te doen, kan de door de vader verstrekte lening in 2016 niet tot de eigenwoningschuld worden gerekend en is de door X betaalde rente niet aftrekbaar.
Samenvatting
X heeft een eigen woning die zij deels financiert met een lening van haar vader. In haar IB-aangifte 2016 neemt zij deze lening niet op. De inspecteur legt de aanslag op conform de aangifte. Pas als de aanslag onherroepelijk is, dient X een ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.