Einde inhoudsopgave
Overeenkomst tussen de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden en de Regering van Hong Kong inzake luchtdiensten
Artikel 3 Verlening van rechten
Geldend
Geldend vanaf 26-06-1987
- Bronpublicatie:
17-09-1986, Trb. 1987, 41 (uitgifte: 05-03-1987, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
26-06-1987
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-07-1987, Trb. 1987, 108 (uitgifte: 01-01-1987, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Luchtvervoer
(1)
Elke Overeenkomstsluitende Partij verleent de andere Overeenkomstsluitende Partij de volgende rechten met betrekking tot haar internationale luchtdiensten:
- (a)
het recht over haar gebied te vliegen zonder te landen;
- (b)
het recht landingen, anders dan voor verkeersdoeleinden, op haar gebied te maken.
(2)
Elke Overeenkomstsluitende Partij verleent aan de andere Overeenkomstsluitende Partij de hierna in deze Overeenkomst omschreven rechten voor exploiteren van internationale luchtdiensten op de routes, omschreven in het desbetreffende Deel van de bij deze Overeenkomst gevoegde Routetabel. Deze diensten en routes worden hierna onderscheidenlijk ‘de overeengekomen diensten’ en ‘de omschreven routes’ genoemd. Bij de exploitatie van een overeengekomen dienst op een omschreven route hebben de door elk der Overeenkomstsluitende Partijen aangewezen luchtvaartmaatschappijen, behalve de in het eerste lid van dit artikel omschreven rechten, tevens het recht te landen op de voor deze route in de Routetabel bij deze Overeenkomst omschreven punten voor het opnemen en afzetten van passagiers en vracht, met inbegrip van post.
(3)
Niets in het bepaalde in het tweede lid van dit artikel wordt geacht de aangewezen luchtvaartmaatschappijen van de ene Overeenkomstsluitende Partij het recht te verlenen, op een bepaald punt op het gebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij passagiers en vracht, met inbegrip van post, op te nemen, vervoerd tegen vergoeding of beloning en bestemd voor een ander punt op het gebied van de andere Overeenkomstsluitende Partij.
(4)
Indien ten gevolge van een gewapend conflict, politieke onlusten of ontwikkelingen, of bijzondere en ongewone omstandigheden een aangewezen luchtvaartmaatschappij van de ene Overeenkomstsluitende Partij niet in staat is een dienst op haar normale routeschema te exploiteren, moet de andere Overeenkomstsluitende Partij zich tot het uiterste inspannen om de voortgezette exploitatie van deze dienst mogelijk te maken door middel van passende tijdelijke herschikking van de routes.