NJ 1994, 44
Toetsing legesverordening aan rechtszekerheidsbeginsel
HR 07-10-1992, ECLI:NL:HR:1992:ZC5112, m.nt. M. Scheltema (legesverordening Beerta)
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
7 oktober 1992
- Magistraten
Stoffer, Mijnssen, Wildeboer, Urlings, Zuurmond, Moltmaker
- Zaaknummer
26974
- Noot
M. Scheltema
- LJN
ZC5112
- Roepnaam
legesverordening Beerta
- JCDI
JCDI:ADS64883:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Bestuursprocesrecht (V)
Staatsrecht / Decentralisatie
Bestuursrecht algemeen / Toezicht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1992:ZC5112, Uitspraak, Hoge Raad, 07‑10‑1992
- Wetingang
Gem.w art. 277; Legesverord. Beerta 1987 art. 54
Essentie
Toetsing legesverordening aan algemene rechtsbeginselen (rechtszekerheidsbeginsel).
Samenvatting
Deze toetsing is mogelijk. Weliswaar was aan de afschaffing van de vrijstelling van legesheffing ten behoeve van diensten als X geen terugwerkende kracht verleend, maar bij het rechtszekerheidsbeginsel gaat het ook om eerbiediging van gerechtvaardigde verwachtingen. Indien, zoals hier, in een legesverordening voor de afgifte van een bouwvergunning een vrijstelling geldt, schendt de wetgever gerechtvaardigde verwachtingen indien hij reeds ingediende, doch bij de inwerkingtreding van de gewijzigde verordening nog niet afgedane aanvragen ongeacht het tijdstip waarop aan het voornemen tot afschaffing bekendheid is gegeven in de heffing betrekt. 1
Partij(en)
X, te ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.