NJ 1979, 551
HR, 07-02-1979, nr. 18788
HR 07-02-1979, ECLI:NL:HR:1979:AB7403, m.nt. W.M. Kleijn
- Instantie
Hoge Raad (Belastingkamer)
- Datum
7 februari 1979
- Magistraten
Van Dijk, Reynders, Martens, Van Vucht, Koopmans
- Zaaknummer
18788
- Noot
W.M. Kleijn
- LJN
AB7403
- JCDI
JCDI:ADS144717:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Fiscaal ondernemingsrecht (V)
Fiscaal procesrecht / Algemeen
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:1979:AB7403, Uitspraak, Hoge Raad (Belastingkamer), 07‑02‑1979
- Wetingang
BW art. 865; BW art. 1493; BW art. 1494; BW art. 1495; BW art. 1496; BW art. 1497; BW art. 1498; BW art. 1499; BW art. 1500; BW art. 1501; BW art. 1502; BW art. 1503; BW art. 1504; BW art. 1505; BW art. 1506; BW art. 1507; BW art. 1508
Essentie
Vestiging van het recht van vruchtgebruik. Voorwerp van obligatoire overeenkomst (koop en verkoop).
Samenvatting
Het Hof was van opvatting, dat bij verkoop van een niet met een recht van vruchtgebruik bezwaarde zaak de vestiging van een aan de verkoper toekomend recht van vruchtgebruik slechts kan worden bereikt door de verkoop van de volle eigendom onder beding dat die eigendom bij de levering wordt bezwaard met dat aan de verkoper toekomend recht. Deze opvatting is echter niet juist. Indien — gelijk te dezen naar 's Hofs vaststelling het geval is — een overeenkomst van koop en verkoop het beding inhoudt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.