Einde inhoudsopgave
RvdW 2007, 498
HvJ EG, 13-03-2007, nr. C-29/05 P
HvJ EG 13-03-2007, ECLI:EU:C:2007:162
- Instantie
Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen
- Datum
13 maart 2007
- Magistraten
V. Skouris, P. Jann, C. W. A. Timmermans, A. Rosas, K. Lenaerts en J. Klučka, J. N. Cunha Rodrigues, R. Silva de Lapuerta, K. Schiemann, G. Arestis, A. Borg Barthet, M. Ilešic en J. Malenovský
- Zaaknummer
C-29/05 P
- Conclusie
A-G Sharpston
- LJN
BA6297
- Vakgebied(en)
EU-recht (V)
- Brondocumenten
ECLI:EU:C:2007:162, Uitspraak, Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen, 13‑03‑2007
- Wetingang
Essentie
BHIM tegen Kaul GmbH
Hogere voorziening, verzocht op 25 januari 2005.
Gemeenschapsmerk — Oppositieprocedure — Nieuwe feiten en bewijsmiddelen.
De kamer van beroep heeft in de omstreden beslissing geweigerd rekening te houden met de door Kaul ter ondersteuning van haar beroep aangevoerde feiten en bewijsmiddelen, in wezen op grond dat ex officio was uitgesloten dat zij daarmee rekening hield aangezien deze feiten en bewijsmiddelen niet eerder voor de oppositieafdeling waren aangevoerd binnen de door deze laatste gestelde termijnen.
Deze opvatting van de kamer van beroep, die ook het BHIM zowel in de procedure voor het Gerecht als in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.