Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2014/59/EU betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen
Artikel 54 Wegnemen van procedurele belemmeringen voor bail-in
Geldend
Geldend vanaf 02-07-2014
- Bronpublicatie:
15-05-2014, PbEU 2014, L 173 (uitgifte: 12-06-2014, regelingnummer: 2014/59/EU)
- Inwerkingtreding
02-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-05-2014, PbEU 2014, L 173 (uitgifte: 12-06-2014, regelingnummer: 2014/59/EU)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Onverminderd artikel 63, lid 1, onder i), eisen de lidstaten in voorkomend geval van de instellingen en entiteiten als bedoeld de in artikel 1, lid 1, onder b), c) en d), dat zij te allen tijde voldoende maatschappelijk kapitaal of andere tier 1-kernkapitaalinstrumenten aanhouden zodat, ingeval de afwikkelingsautoriteit de in artikel 63, lid 1, onder e) en f), bedoelde bevoegdheden met betrekking tot een instelling of een in artikel 1, lid 1, onder b), c) of d) bedoelde entiteit of een van haar dochterondernemingen uitoefent, deze instelling of entiteit als bedoeld in artikel 1, lid 1, onder b), c) en d), er niet van wordt weerhouden voldoende nieuwe aandelen of andere eigendomsinstrumenten uit te geven om ervoor te zorgen dat de omzetting van passiva in gewone aandelen of andere eigendomsinstrumenten daadwerkelijk kan plaatsvinden.
2.
De afwikkelingsautoriteiten beoordelen of het passend is een bepaalde instelling of entiteit als bedoeld in artikel 1, lid 1, onder b), c) of d), het vereiste van lid 1 op te leggen in het kader van het opstellen en bijhouden van het afwikkelingsplan voor die instelling of groep, met name in het licht van de in dat plan overwogen afwikkelingsmaatregelen. Indien het afwikkelingsplan in de mogelijke toepassing van het instrument van bail-in voorziet, verifiëren de autoriteiten of het maatschappelijk kapitaal of andere uit gewone aandelen bestaande tier 1-bestanddelen toereikend zijn om de som van de in artikel 47, lid 3, onder b) en c)? bedoelde bedragen te dekken.
3.
De lidstaten zorgen ervoor dat de omzetting van passiva in gewone aandelen of andere eigendomsinstrumenten niet stuit op procedurele belemmeringen die uit hun oprichtingsakte of statuten voortvloeien, zoals voorkeurrechten voor aandeelhouders of het vereiste dat aandeelhouders toestemming moeten verlenen voor een kapitaalverhoging.
4.
Dit artikel laat de in titel X van deze richtlijn beschreven wijzigingen van de Richtlijnen 82/891/EEG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU en Richtlijn 2012/30/EU onverlet.