RAV 2021/22
Schadestaatprocedure. Borg. Kan verwijzing naar de schadestaatprocedure plaatsvinden bij een veroordeling van de borg tot vergoeding van de schade die de hoofdschuldenaar verschuldigd is wegens het tekortschieten in diens verbintenis jegens de schuldeiser?
HR 08-01-2021, ECLI:NL:HR:2021:38
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
8 januari 2021
- Magistraten
Mrs. G. Snijders, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock
- Zaaknummer
19/05650
- Conclusie
A-G mr. W.L. Valk
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS261815:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bijzondere onderwerpen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:38, Uitspraak, Hoge Raad, 08‑01‑2021
ECLI:NL:PHR:2020:692, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 17‑07‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 31‑01‑2020
- Wetingang
Art. 7:850, 7:854 BW; art. 612 Rv
Essentie
Schadestaatprocedure. Borg.
Kan verwijzing naar de schadestaatprocedure plaatsvinden bij een veroordeling van de borg tot vergoeding van de schade die de hoofdschuldenaar verschuldigd is wegens het tekortschieten in diens verbintenis jegens de schuldeiser?
Samenvatting
Taxibedrijf C's moedervennootschap (''de Holding'') heeft zich borg gesteld voor alle verplichtingen die het taxibedrijf is aangegaan tegenover een aantal gemeenten (''Gemeenten'') in verband met een aanbesteding voor een vervoerssysteem. Taxibedrijf C gaat failliet, waarna de Gemeenten de Holding aanspreken.
Hof: Het hof heeft voor recht verklaard dat de Holding zich jegens de Gemeenten borg heeft gesteld (art. 7:850 lid 1 ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.