RF 2008, 69
Procesrecht. Dient Citibank c.s. toegang te verschaffen tot relevante exhibitiegegevens omdat zij een substantieel betere bewijspositie hebben in hoofdzaak dan KPN-Qwest c.s? (Citibank/KPN-Qwest)
Rb. Amsterdam 02-04-2008, ECLI:NL:RBAMS:2008:BC9315
- Instantie
Rechtbank Amsterdam
- Datum
2 april 2008
- Magistraten
Mrs. W. Tonkens-Gerkema, J.M. van Hall, A.W.H. Vink
- Zaaknummer
360959/HAZA07-192
- LJN
BC9315
- JCDI
JCDI:ADS871158:1
- Vakgebied(en)
Internationaal publiekrecht / Mensenrechten
Onbekend (V)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Burgerlijk procesrecht / Eerste aanleg
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:RBAMS:2008:BC9315, Uitspraak, Rechtbank Amsterdam, 02‑04‑2008
- Wetingang
Essentie
Dient Citibank c.s. toegang te verschaffen tot relevante exhibitiegegevens omdat zij een substantieel betere bewijspositie hebben in hoofdzaak dan KPNQwest c.s?
Samenvatting
KPNQwest N.V. heeft in maart 2002 een geldlening afgesloten van € 525 mln bij een syndicaat van banken, waaronder Citibank. Twee maanden nadien is KPNQwest failliet verklaard. Citibank c.s. stellen dat KPNQwest c.s. (voormalig aandeelhouder, bestuurder en commissaris) ten tijde van het aangaan van de leningsovereenkomst een onjuiste voorstelling van zaken over de financiële situatie hebben laten ontstaan en vorderen vergoeding van de schade die zij daardoor hebben geleden. KPN c.s. betwisten de vordering en hebben ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.