Einde inhoudsopgave
Besluit houders van dieren
Artikel 2.15 Tijdelijke afzondering
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2014
- Bronpublicatie:
05-06-2014, Stb. 2014, 210 (uitgifte: 19-06-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-07-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
05-06-2014, Stb. 2014, 211 (uitgifte: 19-06-2014, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Dierenrecht / Algemeen
1.
In afwijking van artikel 2.13, eerste lid, is het toegestaan:
- a.
een zeug ten behoeve van het zogen van de biggen, tezamen met de biggen, individueel te houden;
- b.
een gelt of zeug individueel te houden:
- 1°
vanaf één week voor het berekende tijdstip van werpen tot het tijdstip van werpen;
- 2°
vanaf het spenen tot en met vier dagen na de dag van natuurlijke dekking of kunstmatige inseminatie;
- c.
gespeende varkens, gebruiksvarkens, gelten of zeugen tijdelijk af te zonderen van de groep voor de periode die nodig is:
- 1°
voor het om gezondheidsredenen onderzoeken of behandelen van het varken;
- 2°
voor het drachtigheidsonderzoek of het winnen van sperma;
- 3°
voor identificatie, wassen, ontsmetten of wegen van het varken;
- 4°
voor voeropname;
- 5°
om de stal te reinigen;
- d.
varkens tijdelijk af te zonderen van de groep indien de varkens buitengewoon agressief zijn of ziek of gewond zijn, dan wel door andere varkens zijn aangevallen.
2.
Bij een tijdelijke afzondering van de groep als bedoeld in het eerste lid, onderdeel d, beschikken de varkens over voldoende ruimte om zich te kunnen omdraaien, voor zover specifiek veterinair advies niet anders luidt.