Einde inhoudsopgave
Wet op de accijns
Artikel 64 [Vrijstelling accijns]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2022
- Bronpublicatie:
22-12-2021, Stb. 2021, 656 (uitgifte: 27-12-2021, kamerstukken: 35918)
- Inwerkingtreding
01-01-2022
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-12-2021, Stb. 2021, 656 (uitgifte: 27-12-2021, kamerstukken: 35918)
- Vakgebied(en)
Accijns en verbruiksbelastingen (V)
Accijns en verbruiksbelastingen / Accijns
1.
Onder bij algemene maatregel van bestuur te stellen voorwaarden en beperkingen wordt vrijstelling van accijns verleend ter zake van de uitslag tot verbruik van:
- a.
minerale oliën die kennelijk niet zijn bestemd om te worden gebruikt als brandstof voor verwarming, als motorbrandstof of als additief in motorbrandstoffen;
- b.
minerale oliën die in hoogovens met het oog op chemische reductie worden ingespoten als toevoeging aan de steenkool, die wordt gebruikt als voornaamste brandstof;
- c.
sigaretten en rooktabak die geheel uit andere stoffen dan tabak bestaan en die uitsluitend zijn bestemd om te worden gebruikt voor medicinale doeleinden.
2.
Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot:
- a.
de aard van en de aanduiding op de verpakking van in het eerste lid bedoelde accijnsgoederen;
- b.
de stoffen waarmee in het eerste lid bedoelde accijnsgoederen moeten zijn vermengd;
- c.
de uitvoering van dit artikel.