EB 2010, 74
HR, 09-07-2010, nr. 09/03414
HR 09-07-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM5703
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juli 2010
- Zaaknummer
09/03414
- LJN
BM5703
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM5703, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM5703, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑05‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑08‑2009
- Wetingang
art. 1:397 BW
Essentie
Kinderalimentatie; voor vaststelling draagkracht zijn niet alleen middelen waarover alimentatieplichtige beschikt van belang, maar ook de middelen waarover hij redelijkerwijze had kunnen beschikken; vaststelling door hof dat vermogen man niet liquide is, vormt onvoldoende weerlegging van het standpunt dat de alimentatieplichtige, gezien zijn onderhoudsplicht, niet een geldbedrag onrendabel had mogen maken door in een te dure woning te investeren.
Uitspraak
Uit het door echtscheiding ontbonden huwelijk van partijen zijn drie kinderen geboren, een tweeling in 1996 en een kind in 1998. De kinderen hebben hun hoofdverblijf bij de vrouw. Overeenkomstig het door partijen gesloten convenant heeft de rechtbank ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.