TRA 2010, 90
HR, 09-07-2010, nr. 09/00357
HR 09-07-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL4088, m.nt. M.D. Ruizeveld
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
9 juli 2010
- Zaaknummer
09/00357
- Noot
M.D. Ruizeveld
- LJN
BL4088
- JCDI
JCDI:ADS252934:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL4088, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 09‑07‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL4088, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑05‑2010
Conclusie, Hoge Raad (Procureur-Generaal), 12‑02‑2010
- Wetingang
art. 6:162 BW; art. 7:611 BW; art. 7:658 BW
Essentie
Onrechtmatige daad als grondslag voor de aansprakelijkheid van de inlener voor een verkeersongeval
Uitspraak
Feiten
Deze zaak is in feite een vervolg op het arrest van de Hoge Raad van 12 januari 2001 (NJ 2001, 253, JAR 2001/24 (Van der Hoeven/Vonk)). Van der Hoeven is door zijn werkgever Vonk uitgeleend aan Vink Daklicht BV te Didam (Vink). Van der Hoeven raakt betrokken bij een ongeval en spreekt Vonk als zijn formele werkgever aan voor de ongevalschade. Van der Hoeven spreekt ook Vink als materiële werkgever aan, maar die procedure wordt ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.