JAR 2008, 318
HR, 14-11-2008, nr. C07/117HR: Dahri/Bonna
HR 14-11-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BE9995 (Dahri/Bonna)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 november 2008
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, E.J. Numann, J.C. van Oven, C.A. Streefkerk
- Zaaknummer
C07/117HR
- Conclusie
A-G Timmerman
- LJN
BE9995
- Roepnaam
Dahri/Bonna
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Schadevergoeding
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BE9995, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑11‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BE9995, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑11‑2008
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑02‑2007
- Wetingang
BW art. 6:83; BW art. 6:119; BW art. 7:681; Rv art. 24
Essentie
Kennelijk onredelijk ontslag
In cassatie is de vraag aan de orde vanaf wanneer wettelijke rente over een vergoeding op grond van kennelijk onredelijke opzegging is verschuldigd.
HR: Deze vergoeding is te beschouwen als een bijzondere vorm van schadevergoeding wegens wanprestatie. Het ligt daarom in de rede om bij beantwoording van de vraag vanaf welk tijdstip de wettelijke rente over deze schadevergoeding verschuldigd is, aan te sluiten bij het bepaalde in art. 6:119 BW in verbinding met art. 6:83, aanhef en onder b, BW. Dat brengt mee dat de wettelijke rente verschuldigd wordt met ingang ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.