JAR 2008, 148
HR, 25-04-2008, nr. C06/304HR
HR 25-04-2008, ECLI:NL:PHR:2008:BC7673
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
25 april 2008
- Magistraten
(Mrs. Beukenhorst, De Savornin Lohman, Kop, Numann, Van Oven; A-G Spier)
- Zaaknummer
C06/304HR
- LJN
BC7673
- Vakgebied(en)
Vermogensrecht / Rechtshandelingen
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BC7673, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 25‑04‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BC7673, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑04‑2008
- Wetingang
BW art. 3:44; BW art. 6:52; BW art. 6:258
Essentie
Overeengekomen beëindigingsvergoeding tussen voormalig echtgenoten moet nagekomen worden ondanks niet-nakoming van in echtscheidingsprocedure overeengekomen overige voorwaarden
Samenvatting
In een complexe echtscheidingszaak komen de vrouw en één van de vennootschappen van de man een beëindiging van de arbeidsrelatie bij ontbinding overeen, tegen een vergoeding van 5 miljoen gulden, te betalen in tien jaarlijkse termijnen van 500 000 gulden. Er gaat iets mis en ook het betalen van de termijnen stokt. De vrouw vordert nakoming. De man wijst op tal van overige voorwaarden die in de loop van de echtscheiding zijn afgesproken en vervolgens niet zijn nagekomen. Rechtbank en hof zien ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.