AV&S 2008, 28
HR, 01-02-2008, nr. C06/044HR: Maasman/Akzo
HR 01-02-2008, ECLI:NL:HR:2008:BB6175, m.nt. W.J. Hengeveld, Y.M.M. van Eck (Maasman/Akzo)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
1 februari 2008
- Zaaknummer
C06/044HR
- Noot
W.J. Hengeveld, Y.M.M. van Eck
- LJN
BB6175
- Roepnaam
Maasman/Akzo
- JCDI
JCDI:ADS875368:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Verzekeringsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2008:BB6175, Uitspraak, Hoge Raad, 01‑02‑2008
ECLI:NL:PHR:2008:BB6175, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 28‑09‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 17‑01‑2006
- Wetingang
BW art. 7:611
Essentie
Verzekeringsplicht krachtens art. 7:611 BW?
Uitspraak
Aan het begin van 2003 voorspelde Ton Hartlief in dit tijdschrift het einde van art. 7:658 BW.1 Hartlief gaf aan dat een ruimere toepassing van art. 7:611 BW (‘goed werkgeverschap’) zal leiden tot een soort absolute werkgeversaansprakelijkheid en art. 7:658 BW mogelijk een loze huls zou worden. Hartlief deed deze uitspraak naar aanleiding van het in 2003 gewezen arrest De Bont/Oudenallen2 en ging in dit artikel onder meer in op de aansprakelijkheid van de werkgever voor verkeersongevallen buiten het werkverkeer. Hartlief ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.