FJR 2008, 40
HR, 14-12-2007, nr. C07/076HR
HR 14-12-2007, ECLI:NL:HR:2007:BB7650, m.nt. I.J. Pieters
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 december 2007
- Zaaknummer
C07/076HR
- Noot
I.J. Pieters
- LJN
BB7650
- JCDI
JCDI:ADS877908:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BB7650, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑12‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BB7650, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑12‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑02‑2007
- Wetingang
BW art. 3:200; Rv art. 334
Essentie
Berusting; ondubbelzinnige mededeling; art. 3:200 BW; art. 334 Rv
Uitspraak
Feiten
Eiseres en betrokkene 1 zijn op 18 april 1969 in algehele gemeenschap van goederen met elkaar gehuwd. Bij akte van 20 februari 1989 zijn tussen hen huwelijkse voorwaarden opgemaakt en is de bestaande huwelijksgoederengemeenschap verdeeld. Op 6 januari 1990 hebben eiseres en betrokkene 1 een echtscheidingsconvenant gesloten waarin een verdeling is opgenomen van de toen nog gemeenschappelijke goederen. Het huwelijk is op 27 maart 1990 ontbonden door inschrijving van het echtscheidingsvonnis in de registers van de burgerlijke stand. De in het echtscheidingsconvenant opgenomen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.