NTBR 2007, 58
HR, 22-06-2007, nr. C06/067HR: ING/Verdonk
HR 22-06-2007, ECLI:NL:HR:2007:BA2511, m.nt. A.J. Verdaas (ING/Verdonk)
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
22 juni 2007
- Zaaknummer
C06/067HR
- Noot
A.J. Verdaas
- LJN
BA2511
- Roepnaam
ING/Verdonk
- JCDI
JCDI:ADS877972:1
- Vakgebied(en)
Onteigeningsrecht / Onteigening
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:BA2511, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑06‑2007
ECLI:NL:HR:2007:BA2511, Uitspraak, Hoge Raad, 22‑06‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 26‑01‑2006
- Wetingang
BW art. 3:246 lid 1; BW art. 6:162; Fw art. 57; Fw art. 58
Essentie
HR 22 juni 2007 (ING/Verdonk q.q.): meer duidelijkheid voor de financieringspraktijk
Partij(en)
ING
tegen
Verdonk q.q.
Noot
Auteur: A.J. Verdaas
1. Orde in de chaos
Met de invoering van het huidige Burgerlijk Wetboek werd een nieuwe regeling van het pandrecht op vorderingen op naam van kracht. Over de rechten van enerzijds de pandhouder en anderzijds de curator van de pandgever om, na de faillietverklaring van de pandgever, de verpande vordering te innen en verhaal te nemen op het geïnde bestond aanvankelijk grote onduidelijkheid. Op veel vragen die hierover konden worden gesteld, was geen (eensluidend) antwoord te vinden in ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.