JOL 2007, 353:Alimentatie. Wijzigingsverzoek op de voet van art. 1:401 BW; gezag van gewijsde eerdere:beslissing?; taak rechter. Met gezag van-gewijsde, dat in beginsel ook toekomt aan beslissingen m.b.t. geschilpunten ter zake van aanspraken op levensonderhoud, wordt in zoverre beperkt dat ingevolge art. 1:401 BW een rechterlijke uitspraak betreffende levensonderhoud bij een latere uitspraak kan worden gewijzigd of ingetrokken. Wordt op de voet van art. 1:401 BW wijziging verzocht, dan is de rechter niet gebonden aan geschilbeslissingen in de uitspraak waarvan wijziging wordt verzocht, indien blijkt dat een of meer van de in lid 1 en lid 4 van dat artikel genoemde gronden zich voordoet; de rechter zal in dat geval de uitkering tot levensonderhoud opnieuw hebben vast te stellen, rekening houdend met alle ter zake dienende omstandigheden, en hij is daarbij niet gebonden aan oordelen omtrent die omstandigheden in de beslissing waarvan wijziging wordt verzocht. Meer in bijzonder geldt bij de toepassing van lid 4 dat niet van belang is of het (mede) aan de partij die wijziging verzoekt is te wijten dat de rechter bij zijn eerdere beslissing is uitgegaan van onjuiste of onvolledige gegevens.