RvdW 2007, 488:Huur bedrijfsruimte; toepasselijkheid ontruimingsbescherming art. 7:230a BW. Cassatie; ontvankelijkheid: onjuiste tenaamstelling; belang. Hoger beroep; voor het eerst in hoger beroep gedaan zelfstandig verzoek; ontvankelijkheid. Juist is 's Hofs oordeel dat de ontruimingsbescherming van art. 7:320a BW niet van toepassing is nu, in ieder geval vanaf 1 augustus 2003, tussen partijen sprake is van een huurovereenkomst welke betrekking heeft op een bedrijfsruimte als bedoeld in art. 7:290 BW. Een in rechte te respecteren belang bij het beroep op de onjuiste tenaamstelling van de belanghebbende wederpartij in het cassatieberoep ontbreekt, nu voor thans verweerster in cassatie en haar advocaat aanstonds duidelijk moet zijn geweest dat met die tenaamstelling in het cassatieverzoekschrift werd gedoeld op de wederpartij van thans verzoekster tot cassatie in de vorige instanties en wie die wederpartij na de fusie is, zodat het beroep op niet-ontvankelijkheid van het cassatieberoep dient te worden verworpen. Het hof had de in het beroepschrift opgenomen verzoeken van thans verzoekster tot cassatie buiten behandeling moeten laten, nu verzoekster zich in eerste aanleg heeft beperkt tot verweer tegen de verzoeken van thans verweerster in cassatie, en zij ingevolge art. 362 Rv. niet voor het eerst in hoger beroep een zelfstandig verzoek kan doen.