JOL 2007, 299:Antilliaanse zaak. Cassatie; art. 3 Cassatieregeling Nederlandse Antillen; ontvankelijkheid cassatieberoep tegen deelvonnis; Hoge Raad gaat om; rechterlijk overgangsrecht. De Hoge Raad komt terug van zijn eerdere rechtspraak. Aanvaard moet worden dat thans voor de in art. 3 Cassatieregeling neergelegde uitsluiting van tussentijds cassatieberoep, evenals trouwens voor de uitsluiting van tussentijds hoger beroep in art. 263 RvNA, de ratio geldt van een zo vlot mogelijke behandeling van zaken. Dit brengt mee dat er geen reden meer is om de vraag of en wanneer cassatieberoep openstaat van vonnissen die zowel eindvonnis als tussenvonnis zijn voor Antilliaanse en Arubaanse zaken anders te beantwoorden dan voor Nederlandse. De Hoge Raad ziet aanleiding te bepalen dat tegen door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba vóór 1 juni 2007 uitgesproken deelvonnissen en deelbeschikkingen beroep in cassatie kan worden ingesteld tegelijk met dat tegen het eindvonnis of de eindbeschikking waarmee aan een lopende procedure een einde wordt gemaakt.