JOL 2007, 253
Kinderalimentatie: behoefte kind ingeval kind niet met beide ouders heeft samengewoond; maatstaf. Aan het wettelijke systeem ligt het uitgangspunt ten grondslag dat beide ouders aan de verzorging en opvoeding van hun kind moeten bijdragen en dat het feit dat de ouders nimmer in gezinsverband hebben samengeleefd niet eraan in de weg staat dat bij de bepaling van de behoefte van het bij de moeder verblijvende kind, de financiële middelen van de vader mede in aanmerking worden genomen. In een geval waarin een kind niet in gezinsverband met beide ouders heeft geleefd, bestaat er in het algemeen geen goede grond om voor de bepaling van de behoefte van dat kind zonder meer aansluiting te zoeken bij de welstand die past bij de financiële armslag van een fictief gezin waarvan het gezinsinkomen bestaat uit de som van de netto-inkomens van de ouders. Indien de rechter daarbij toch aansluiting zoekt, zal hij moeten verdisconteren dat de huisvestings- en andere vaste lasten van twee afzonderlijke huishoudens relatief hoger liggen dan die van een gecombineerd huishouden.
HR 13-04-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ6098
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 april 2007
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, P.C. Kop, A. Hammerstein, J.C. van Oven
- Zaaknummer
R06/099HR
- Conclusie
A-G Keus
- LJN
AZ6098
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ6098, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑04‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ6098, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑08‑2006
Essentie
Kinderalimentatie: behoefte kind ingeval kind niet met beide ouders heeft samengewoond; maatstaf.
Aan het wettelijke systeem ligt het uitgangspunt ten grondslag dat beide ouders aan de verzorging en opvoeding van hun kind moeten bijdragen en dat het feit dat de ouders nimmer in gezinsverband hebben samengeleefd niet eraan in de weg staat dat bij de bepaling van de behoefte van het bij de moeder verblijvende kind, de financiële middelen van de vader mede in aanmerking worden genomen. In een geval waarin een kind niet in gezinsverband met beide ouders heeft geleefd, bestaat er in het algemeen geen goede grond ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.