JOL 2007, 181
Alimentatie gewezen echtgenoten. Verzoek limitering (gefaseerde beëindiging);. ‘oud geval’; maatstaf;. motiveringseisen; financiële positie alimentatieplichtige. De omstandigheid dat de alimentatieplichtige in een zodanige financiële situatie verkeert dat hij (ook in de toekomst) zonder enig probleem kan blijven betalen, in combinatie met de overige omstandigheden van het geval, kan meebrengen dat ook een gefaseerde verlaging van de alimentatieplicht en een definitieve beëindiging daarvan op termijn van zo ingrijpende aard zijn dat deze naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet van de alimentatiegerechtigde kunnen worden gevergd. De financiële situatie van de alimentatieplichtige behoort dan ook tot de omstandigheden die de rechter bij zijn beoordeling van een, op art. II lid 2 Wet limitering alimentatie gegrond, verzoek als het onderhavige (tot gefaseerde verlaging van de alimentatie en beëindiging van de alimentatieplicht op termijn) in aanmerking behoort te nemen.
HR 16-03-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ0617
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 maart 2007
- Magistraten
Mrs. J.B. Fleers, O. de Savornin Lohman, P.C. Kop, J.C. van Oven, F.B. Bakels
- Zaaknummer
R06/014HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AZ0617
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht (V)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ0617, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑03‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ0617, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 16‑03‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑02‑2006
Essentie
Alimentatie gewezen echtgenoten. Verzoek limitering (gefaseerde beëindiging);. ‘oud geval’; maatstaf;. motiveringseisen; financiële positie alimentatieplichtige.
De omstandigheid dat de alimentatieplichtige in een zodanige financiële situatie verkeert dat hij (ook in de toekomst) zonder enig probleem kan blijven betalen, in combinatie met de overige omstandigheden van het geval, kan meebrengen dat ook een gefaseerde verlaging van de alimentatieplicht en een definitieve beëindiging daarvan op termijn van zo ingrijpende aard zijn dat deze naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet van de alimentatiegerechtigde kunnen worden gevergd. De financiële situatie van de alimentatieplichtige behoort dan ook tot de omstandigheden die de rechter ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.