FJR 2007, 66
HR, 19-01-2007, nr. C05/273HR
HR 19-01-2007, ECLI:NL:PHR:2007:AZ1488
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
19 januari 2007
- Zaaknummer
C05/273HR
- LJN
AZ1488
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2007:AZ1488, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 19‑01‑2007
ECLI:NL:PHR:2007:AZ1488, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑01‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑06‑2005
- Wetingang
BW art. 3:196; BW art. 3:200
Essentie
Verdeling huwelijksgoederengemeenschap bij wege van echtscheidingsconvenant, onrechtmatige daad (verzwijging); samenloop?, de aan de bevoegdheid tot vernietiging van een verdeling (art. 3:196 BW) verbonden vervaltermijn van art. 3:200 BW staat niet eraan in de weg dat na het verstrijken daarvan een deelgenoot jegens de ander een vordering tot schadevergoeding op grond van onrechtmatige daad instelt; art. 3:196 en 3:200 BW
Uitspraak
Feiten
Eiseres en gedaagde zijn op 11 december 1967 in de gemeente Horst in algehele gemeenschap van goederen met elkaar gehuwd. Bij vonnis van de Rechtbank Roermond van 11 februari ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.