JOL 2006, 559:Alimentatie gewezen echtgenoten: beëindiging op voet art. II lid 2 WLA; strijd met redelijkheid en billijkheid?; strenge motiveringseisen; stelplicht en bewijslast. Het hof heeft zijn oordeel tot beëindiging van de alimentatie onvoldoende begrijpelijk gemotiveerd nu het heeft nagelaten door de vrouw ter adstructie van haar beroep op de onaanvaardbaarheid van de limitering gestelde omstandigheden (te weten dat zij geen oudedagsvoorziening heeft kunnen opbouwen en dat zij in het ongewisse komt te verkeren omtrent haar huisvesting indien de alimentatie wordt beëindigd) in aanmerking te nemen en kenbaar in zijn afweging te betrekken. #De vrouw dient als alimentatiegerechtigde voldoende gemotiveerd te stellen dat de beëindiging van de uitkering van zo ingrijpende aard is dat deze naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet van haar kan worden gevergd, en zij dient zonodig de feiten waarop deze stelling steunt aannemelijk te maken. Dit laatste geldt echter slechts voorzover het gaat om omstandigheden aan haar zijde. De man dient voldoende inzicht te verschaffen in zijn financiële omstandigheden.