JOW 2006, 8
wederrechtelijk verkregen voordeel; bewezenverklaring
HR 26-09-2006, ECLI:NL:HR:2006:AY0139
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 september 2006
- Magistraten
Koster, Balkema, De Hullu
- Zaaknummer
02863/05P
- LJN
AY0139
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Materieel strafrecht / Sancties
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AY0139, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑09‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AY0139, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑09‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑12‑2005
- Wetingang
Sr art. 36e
Essentie
wederrechtelijk verkregen voordeel; bewezenverklaring
Samenvatting
Volgens de Hoge Raad is in het recht geen steun te vinden voor de opvatting dat, indien het vonnis in de hoofdzaak, waarbij de in art. 36e, lid 1 Sr bedoelde veroordeling is uitgesproken, niet de bewezenverklaring behelst, de vordering tot ontneming niet kan worden toegewezen.
Partij(en)
[Betrokkene], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1964, wonende te [woonplaats].
Uitspraak
Arrest op het beroep in cassatie tegen een uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden van 23 juni 2005, nummer 24/001456–02, op een vordering tot ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel ten laste van: ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.