RvdW 2006, 856
Verzoek tot echtscheiding. Internationaal privaatrecht. Toepassing buitenlands recht (nieuw Marokkaans familierecht); motiveringsplicht; ambtshalve aanvullen rechtsgronden naar buitenlands recht; ontoelaatbaar novum in cassatie. Ontoelaatbare verrassingsbeslissing?
HR 15-09-2006, ECLI:NL:PHR:2006:AV9446
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
15 september 2006
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, P.C. Kop, J.C. van Oven, F.B. Bakels, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
R05/122HR
- Conclusie
A-G Strikwerda
- LJN
AV9446
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Juridische beroepen / Rechter
Internationaal privaatrecht / Conflictenrecht
Personen- en familierecht / Huwelijk, relaties en echtscheiding
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2006:AV9446, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 15‑09‑2006
ECLI:NL:PHR:2006:AV9446, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑09‑2006
Beroepschrift, Hoge Raad, 15‑09‑2005
- Wetingang
Essentie
Verzoek tot echtscheiding. Internationaal privaatrecht. Toepassing buitenlands recht (nieuw Marokkaans familierecht); motiveringsplicht; ambtshalve aanvullen rechtsgronden naar buitenlands recht; ontoelaatbaar novum in cassatie. Ontoelaatbare verrassingsbeslissing?
Falende klacht dat het hof de vaststelling van de inhoud en uitleg van het (nieuwe) Marokkaanse echtscheidingsrecht niet begrijpelijk heeft gemotiveerd in het licht van hetgeen partijen hebben aangevoerd. Hetgeen de vrouw voor het eerst in cassatie heeft aangevoerd over de inhoud en uitleg van het nieuwe Marokkaanse recht moet buiten beschouwing blijven, omdat voor het voor het eerst aanvoeren van dergelijke stellingen in cassatie geen plaats is.
Nu de vrouw niet heeft ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.