JOL 2006, 287:Alimentatie gewezen echtgenoten; nihilstelling op termijn; limitering op voet art. 1:157 lid 3 BW?; hoge motiveringseisen? De beslissing om voor de man als onderhoudsgerechtigde de bijdrage in zijn levensonderhoud op termijn op nihil te stellen moet aldus worden begrepen dat het hof, oordelend dat van de man verwacht mag worden dat hij alsdan in staat moet worden geacht geheel in zijn eigen levensonderhoud te voorzien, gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om de uitkering reeds op voorhand met inachtneming van die omstandigheid op nihil te stellen, zodat de man, indien die verwachting niet wordt bewaarheid, wijziging van de beschikking kan verzoeken op de voet van het bepaalde in art. 1:401 lid 1 of lid 4 BW. Aan deze beslissing kunnen niet de hoge motiveringseisen worden gesteld die gelden voor een limitering op de voet van art. 1:157 lid 3 BW op grond van omstandigheden die niet voor wijziging vatbaar zijn.