FJR 2006, 92
HR, 21-04-2006, nr. R05/044HR
HR 21-04-2006, ECLI:NL:HR:2006:AU9726
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
21 april 2006
- Zaaknummer
R05/044HR
- LJN
AU9726
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AU9726, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑04‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AU9726, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 21‑04‑2006
Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑12‑2005
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑03‑2005
- Wetingang
BW art. 1:227 lid 3; BW art. 1:228
Essentie
Partneradoptie; vader belanghebbende; family life; geen misbruik van bevoegdheid van vader; art. 1:227 lid 3 en art. 1:228 BW
Uitspraak
Feiten
Voor wat betreft een uitgebreid overzicht van de feiten wordt verwezen naar HR 24 januari 2003, NJ 2003, 386. Kort weergegeven is de moeder zwanger geworden door kunstmatige inseminatie en heeft zij een affectieve relatie met een vrouw. De procedure die geleid heeft tot de hiervoor genoemde uitspraak van de Hoge Raad heeft het gevolg gehad dat de man vervangende toestemming heeft gekregen om het kind te erkennen. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.